NIEUW: Museummaand - Met één ticket naar 13 musea in de Euregio

Een maand lang toegang tot 13 musea in Nederland en Duitsland: dat is de Museummaand. Van 10 november tot 10 december kun je kennismaken met cultuur over de grens. Één ticket voor slechts €25 geeft toegang tot alle deelnemende musea in Venlo, Roermond, Krefeld en Mönchengladbach. In het weekend van 11 en 12 november rijden er zelfs gratis bussen tussen de Nederlandse en Duitse partnersteden. Tickets zijn vanaf 2 november te koop.

Hele maand onbeperkt toegang
De Venlose musea Van Bommel van Dam, het Limburgs Museum, Keramiekcentrum Tiendschuur, Missiemuseum Steyl en het Limburgs Schutterij Museum werpen een blik over stads- en landsgrenzen. Ze slaan de handen ineen met de Kunstmuseen Krefeld – dat zijn het Kaiser Wilhelm Museum en Haus Lange Haus Esters – net als het Krefeldse Museum Burg Linn en het Deutsches Textilmuseum Krefeld. Daarnaast doen het Roermondse Cuypershuis en Museum Abteiberg, het Städtisches Museum Schloss Rheydt en het Textiltechnikum in Mönchengladbach mee. Vanaf 2 november bieden de deelnemende instellingen een gezamenlijk ticket aan waarmee je van 10 november tot en met 10 december al deze musea kunt bezoeken. Het ticket geeft je voor €25 de hele maand onbeperkt toegang tot alle dertien locaties. Zo kan iedereen kennismaken met cultuur in de grensregio.

Culturele schatten
“We kennen veel culturele pareltjes in onze regio,” zegt burgemeester Antoin Scholten van Venlo. “De museummaand is een uitstekende gelegenheid voor onze inwoners om hun blik te verruimen en ook van het museumaanbod aan de andere kant van de grens gebruik te maken.’’

Daar is Oberbürgermeister Frank Meyer van partnerstad Krefeld het mee eens. “Onze grensregio biedt prachtige culturele schatten, die moeten we voor elkaar niet verstoppen. De Museummaand geeft ons allemaal de gelegenheid deze geweldige plekken te ontdekken of opnieuw te beleven, tegen een eerlijke prijs. Het project laat bovendien zien dat we onze krachten gezamenlijk nog beter kunnen tonen.”

Diversiteit
Ook Roermond doet mee, en daar is de nieuwe burgemeester Yolanda Hoogtanders verheugd over. “Met trots kijk ik naar het culturele erfgoed van Roermond, waaronder de vroegere woon- en werkplek van Pierre Cuypers. We kennen hem als architect van het Rijksmuseum. Zijn nalatenschap leeft voort in het prachtige museum Cuypershuis in Roermond. Niet alleen als bewaarplaats van zijn werken, maar ook als een levendige ruimte voor wisselende tentoonstellingen die de essentie van Cuypers’ gedachtegoed weerspiegelen.”

Roermond heeft al sinds 1972 een stedenband met Mönchengladbach. Oberbürgermeister Felix Heinrichs wijst op de kracht van culturele verscheidenheid in de regio. “De Museummaand geeft burgers uit de grensregio de kans die culturele diversiteit tussen Maas en Rijn beter te leren kennen. Juist die diversiteit is een kracht van onze regio en toont hoezeer wij grensbewoners van een verenigd en vredelievend Europa profiteren. Ik heb dat veel mensen dit aanbod aannemen en de musea in Roermond, Venlo, Krefeld en hier in Mönchengladbach bezoeken.”

Grens in het hart
Grenzen wegnemen, daar is het directeur Bert Mennings van het Limburgs Museum om te doen. Hij is een van de initiatiefnemers van het project. “Wij denken in ons museum al behoorlijk Euregionaal. Dat gaat vanzelf als je bezig bent met de geschiedenis van deze streek. Mentaal is de afstand soms nog groot. Zo’n Museummaand is een uitgelezen kans die afstand te verkleinen. We proberen die grens in de harten van grensbewoners open te zetten.“

Gratis busreis
Om de aftrap van de Museummaand te vieren, rijden er in het weekeinde van 11 en 12 november bussen tussen partnersteden Venlo en Krefeld, en tussen Roermond en Mönchengladbach. De ritten zijn gratis, maar per busrit geldt een maximum aantal deelnemers. Wie mee wil, kan reserveren of meer informatie vinden via www.museummaand.eu. Een reservering is definitief zodra die is bevestigd door het Limburgs Museum.

De Museummaand wordt mogelijk gemaakt door het Interreg Programma Deutschland-Nederland en medegefinancierd door de Europese Unie (EU) en de programmapartners.